ZAMANLAR
Gönderilme zamanı: 27 Eki 2007, 19:50
TURKCE CEVIRISI YAPILCAK EN KISA ZAMANDA..!
De belangrijkste vorm is de onvoltooid tegenwoordige tijd (ott). Deze tijd geeft een handeling weer die op het moment van spreken plaatsvindt. [/i]
Ik maak.
jij komt
hij betwijfelt
hun zeggen
wij doen
====> De tweede vorm is de onvoltooid verleden tijd (ovt). Deze geeft een handeling weer die in het verleden plaatsvond en waarvan het "afgerond zijn" niet nadrukkelijk aanwezig is.
Ik maakte.
jij zag
wij kwamen
zij hielden
jullie gingen
De voltooid tegenwoordige tijd (vtt) wordt gebruikt voor handelingen die gezien vanuit het moment van spreken in het verleden plaatsvonden en afgerond zijn. Voor deze vorm wordt het voltooid deelwoord gecombineerd met de tegenwoordige tijd van een van de hulpwerkwoorden "hebben" of "zijn".
Ik heb gemaakt
Ik ben gegaan.
hij is gekomen
wij hebben gehoord
jullie hebben gebeld
De voltooid verleden tijd (vvt) wordt gebruikt voor handelingen die vanuit het verleden gezien in het verleden plaatsvonden en al afgerond waren. Voor deze vorm wordt het voltooid deelwoord gecombineerd met de verleden tijd van een van de hulpwerkwoorden "hebben" of "zijn".
Ik had gemaakt
Ik was gegaan.
jullie hadden gedaan
hun hadden gezien
De belangrijkste vorm is de onvoltooid tegenwoordige tijd (ott). Deze tijd geeft een handeling weer die op het moment van spreken plaatsvindt. [/i]
Ik maak.
jij komt
hij betwijfelt
hun zeggen
wij doen
====> De tweede vorm is de onvoltooid verleden tijd (ovt). Deze geeft een handeling weer die in het verleden plaatsvond en waarvan het "afgerond zijn" niet nadrukkelijk aanwezig is.
Ik maakte.
jij zag
wij kwamen
zij hielden
jullie gingen
De voltooid tegenwoordige tijd (vtt) wordt gebruikt voor handelingen die gezien vanuit het moment van spreken in het verleden plaatsvonden en afgerond zijn. Voor deze vorm wordt het voltooid deelwoord gecombineerd met de tegenwoordige tijd van een van de hulpwerkwoorden "hebben" of "zijn".
Ik heb gemaakt
Ik ben gegaan.
hij is gekomen
wij hebben gehoord
jullie hebben gebeld
De voltooid verleden tijd (vvt) wordt gebruikt voor handelingen die vanuit het verleden gezien in het verleden plaatsvonden en al afgerond waren. Voor deze vorm wordt het voltooid deelwoord gecombineerd met de verleden tijd van een van de hulpwerkwoorden "hebben" of "zijn".
Ik had gemaakt
Ik was gegaan.
jullie hadden gedaan
hun hadden gezien