Niet - Geen
Gönderilme zamanı: 20 Haz 2011, 12:36
Niet
1-Ga je mee? - Nee, Ik ga niet mee.
2-Weet je de weg? - Nee, ik weet de weg niet.
3-Kom je vanavond ook? - Nee, Ik kom vanavond niet.
4-Is dat de nieuwe docent? - Nee, Dat is de nieuwe docent niet.
5-Is dat zijn boek? - Nee, Dat is zijn boek niet.
6-Ken je die man? - Nee, Ik ken die man niet.
7-Ben je bang? - Nee, Ik ben niet bang.
8- Ga je naar de stad ? - Nee, Ik ga niet naat de stad.
9- Luister je naar hem? - Nee, Ik luister niet naar hem.
10-Geef je die sjaal aan haar? - Nee, Ik geef die sjaal niet aan haar.
11-Ben je ziek? - Nee, Ik ben niet ziek.
12-Heb je genoeg geld? - Nee, Ik heb niet genoeg geld.
13-Woont hij in de stad? - Nee, Hij woont niet in de stad.
14-Ga je met vakantie? - Nee, Ik ga niet met vakantie.
15-Brandt de lamp? - Nee, De lamp brandt niet.
16-Schrijf die pen goed? - Nee, Die pen schrijf niet goed.
Geen
1-Is dat een mooi boek? - Nee,Dat is geen mooi boek.
2-Heb jij een brommer? - Nee,Ik heb geen brommer.
3-Hebben we vandaag een proefwerk? - Nee,We hebben vandaag geen proefwerk.
4-Heb je een goed cijfer? - Nee,Ik heb geen goed cijfer.
5-Koop je een nieuwe jas? - Nee,Ik koop geen nieuwe jas.
6-Heb je nieuwe schoenen? - Nee,ik heb geen nieuwe schoenen.
7-Drinkt u koffie? - Nee, Ik drink geen koffie.
8-Lust u aardappels? - Nee,Ik lust geen aardappels.
1-Ga je mee? - Nee, Ik ga niet mee.
2-Weet je de weg? - Nee, ik weet de weg niet.
3-Kom je vanavond ook? - Nee, Ik kom vanavond niet.
4-Is dat de nieuwe docent? - Nee, Dat is de nieuwe docent niet.
5-Is dat zijn boek? - Nee, Dat is zijn boek niet.
6-Ken je die man? - Nee, Ik ken die man niet.
7-Ben je bang? - Nee, Ik ben niet bang.
8- Ga je naar de stad ? - Nee, Ik ga niet naat de stad.
9- Luister je naar hem? - Nee, Ik luister niet naar hem.
10-Geef je die sjaal aan haar? - Nee, Ik geef die sjaal niet aan haar.
11-Ben je ziek? - Nee, Ik ben niet ziek.
12-Heb je genoeg geld? - Nee, Ik heb niet genoeg geld.
13-Woont hij in de stad? - Nee, Hij woont niet in de stad.
14-Ga je met vakantie? - Nee, Ik ga niet met vakantie.
15-Brandt de lamp? - Nee, De lamp brandt niet.
16-Schrijf die pen goed? - Nee, Die pen schrijf niet goed.
Geen
1-Is dat een mooi boek? - Nee,Dat is geen mooi boek.
2-Heb jij een brommer? - Nee,Ik heb geen brommer.
3-Hebben we vandaag een proefwerk? - Nee,We hebben vandaag geen proefwerk.
4-Heb je een goed cijfer? - Nee,Ik heb geen goed cijfer.
5-Koop je een nieuwe jas? - Nee,Ik koop geen nieuwe jas.
6-Heb je nieuwe schoenen? - Nee,ik heb geen nieuwe schoenen.
7-Drinkt u koffie? - Nee, Ik drink geen koffie.
8-Lust u aardappels? - Nee,Ik lust geen aardappels.